Kinderkrant Jong010 biedt de mogelijkheid om het thema 'anders zijn' op een laagdrempelige manier bespreekbaar te maken. Bovendien kunnen kinderen die een beperking hebben of chronisch ziek zijn meer op de voorgrond treden.
Foto's en tekst: Suzanne Huig
Jasmijn: ‘Ik had in mei 2018 ineens heel veel buikpijn. Ik moest ook ineens heel vaak op een dag naar het toilet. Ik moest soms wel 10 keer poepen op een dag. Ik voelde me na 4 weken nog niet beter. Ik ben daarom naar het ziekenhuis gegaan. De dokters in het ziekenhuis hebben verschillende onderzoeken gedaan. Ze kwamen er na 2 maanden achter dat ik de darmziekte colitis ulcerosa heb.’
De dingen die je eet gaan via je mond naar je slokdarm en je maag. In je maag wordt het eten vermalen tot een prutje. Het prutje gaat van je maag naar je dunne darm. In je dunne darm worden alle voedingsstoffen uit het prutje gehaald. Die voedingsstoffen heb je nodig om te kunnen groeien. De rest van het prutje gaat naar je dikke darm. In je dikke darm wordt er poep van gemaakt. ‘In mijn dikke darm zitten allemaal kleine wondjes en ontstekingen. Mijn dikke darm kan daardoor minder goed poep maken. Ik heb daardoor vaak buikpijn en diarree. Ik moet ongeveer 4 keer per dag naar het toilet om te poepen’, vertelt Jasmijn.
'Dit zijn mijn medicijnen voor 2 maanden'
‘Dokters kunnen mijn darmziekte nog niet genezen. Ze proberen er wel voor te zorgen dat ik minder last heb van mijn ziekte. Mijn dokters zijn nog op zoek naar een medicijn dat mij goed helpt. Ik heb al 9 verschillende medicijnen geprobeerd, maar de medicijnen werken nog niet heel goed. Ik hoop dat mijn dokters een medicijn vinden waardoor ik minder buikpijn en minder vaak diarree heb’, zegt Jasmijn.
‘Ik moet 1 keer per 4 weken naar het ziekenhuis. Ik krijg dan 2 uur lang via een infuus medicijnen. Die medicijnen zorgen ervoor dat de ontsteking even minder wordt. Ik voel me de eerste 2 weken na het infuus goed. Ik heb dan energie en kan de meeste dingen doen. Ik voel me daarna steeds slechter’, vertelt Jasmijn.
Jasmijn: ‘Ik voel me soms beperkt door mijn ziekte. Ik ben door mijn ziekte bijvoorbeeld vaak moe. Ik vind het vervelend dat ik daardoor niet altijd met mijn leeftijdsgenootjes kan meedoen. Ik heb bijvoorbeeld niet genoeg energie om te sporten of ergens naartoe te fietsen. Ik vind het ook vervelend dat ik altijd in de buurt van een toilet moet zijn. Ik kan ineens buikpijn of diarree krijgen. Ik kan het dan niet ophouden. Ik moet dan naar de wc. Ik schaam me daar weleens voor. Maar ik kan er niets aan doen.’
Deel dit artikel: